Metz, een drieduizend jaar oude stad, is rijk aan architectuur en erfgoed. Ontdek de belangrijkste momenten en data die de geschiedenis van de stad hebben gekenmerkt!
De oorsprong van de stad Metz gaat terug tot voor de Gallo-Romeinse tijd. Op de heuvel Sainte-Croix, rond het einde van de 3e eeuw voor Christus, zou zich het Keltische volk van de Mediomatrici hebben gevestigd. De Romeinen breidden de stad uit, die toen Divodurum Mediomatricorum heette. De naam van de stad Metz komt van het Keltische volk. De Romeinen bouwden er een amfitheater, aquaducten, thermen, tempels... En een stadswal die hen beschermde tegen hunnen en vandalen. Ondanks alles wordt de stad waarschijnlijk in 451 verwoest door de Hunnen van Attila.
Na de dood van Clovis in 511 wordt Metz de hoofdstad van het koninkrijk Austrasië. Tot het einde van de 8e eeuw zitten de Merovingers op de troon van Austrasië in Metz. Het Musée de la Cour d’Or draagt de naam van hun paleis. Tijdens de Karolingische periode wordt Metz een kerkelijk centrum waar de bisschop tijdelijk de geestelijke macht uitoefent tot aan de 8e eeuw. In 1234 maakt een burgeropstand de stad vrij van de bisschoppelijke macht. Metz wordt dan een vrije stad, een oligarchische republiek, onder de bescherming van het Romeins-Germaanse keizerrijk.
Na de dood van Frans I neemt Hendrik II van Franrkijk de stad in, ten koste van Karel V, die tevergeefs de stad probeert terug te winnen. In 1552 wordt Metz een stad van de koning van Frankrijk en moet een leger vormen. Onder het bewind van Lodewijk XIV krijgt de stad meer militaire en strategische invloed. Onder Lodewijk XV maakt de Militair Gouverneur van de Provincie van de Drie Bisdommen, maarschalk Graaf van Belle-Isle, uitbreidingen in de stad: hij beveelt de komst van nieuwe vestingwerken ontworpen door Vauban, maar ook het Opera-Theater, pleinen, kerken... Het Place d’Armes wordt aangelegd en afgemaakt onder zijn opvolger, de Maarschalk Estrées.
Na de Frans-Duitse oorlog van 1870 wordt Metz, net als de steden Straatsburg en Colmar, een Duitse stad. Tot aan het einde van de Eerste Wereldoorlog wordt de stad 48 jaar lang veranderd. Het is dan de hoofdstad van een rijke industriële provincie. De stad wordt uitgebreid en gemoderniseerd. Om de kolen en het metaal uit de mijnen van de Moselle te transporteren maar ook om het vervoer van soldaten en reizigers te verbeteren wordt er in Metz een nieuw station gebouwd, wat nu een historisch monument is.
Metz is gespaard gebleven door de conflicten die Europa in de moderne tijd hebben opgeschud. De stad heeft een groot deel van het erfgoed weten te bewaren: van de Romeinse tijd tot nu getuigen zo’n honderd monumenten van het rijke verleden. De stad kent ook een levendige cultuur. Het Opera-Theater, de zalen van het Arsenal, Les Trinitaires en de BAM (Bôite à Musique), zijn een aantal van de meest bezochte evenementenlocaties... In 2010 werd het Centre Pompidou-Metz geopend, een expositiecentrum voor moderne en hedendaagse kunst. In september 2018 maakte een nieuw gebouw de architectuur van het Quartier Amphithéâtre compleet: het Congrescentrum Robert Schuman.
